E-mail advocaat voldoet aan schriftelijkheidsvereiste instemming met beëindiging

e-mail

E-mail advocaat voldoet aan schriftelijkheidsvereiste instemming met beëindiging

De wet bepaalt (artikel 7:670b BW) dat een beëindigingsovereenkomst schriftelijk moet zijn aangegaan. Tot nu toe was onduidelijk of een e-mailwisseling tussen de gemachtigden van partijen voldeed, of moest worden opgevolgd door een door partijen zelf ondertekende vaststellingsovereenkomst. De kantonrechter te Leiden heeft in december 2016 geoordeeld dat aan het schriftelijkheidsvereiste (waarna ook de twee weken bedenktermijn voor de werknemer ingaat) is voldaan op het moment dat de gemachtigden van werkgever en werknemer schriftelijk per e-mail aan elkaar hebben bevestigd dat overeenstemming bestaat. Eerder werd ook al door rechters geoordeeld dat bij opzegging per WhatsApp of SMS aan het schriftelijkheidsvereiste is voldaan. Voor de uitspraak klik hier.

Yvonne Sørensen
sorensen@sorensenadvocaten.nl