Een terecht ontslag op staande voet

Een terecht ontslag op staande voet

ECLI:RBROT:2024:2932

Een werknemer ontslaan op staande voet is niet zonder risico’s. Vaak wordt het vernietigd door de rechter wegens afwezigheid van een dringende reden. Onlangs heeft de Rechtbank Rotterdam een ontslag op staande voet in stand gehouden. Het ging om een werknemer die tijdens ziekte voor een ander bedrijf werkzaamheden verrichtte.

 

Feiten

Werknemer is ruim 26 jaar in dienst bij werkgever als vakman kabels, wanneer hij zich ziekmeldt in november 2021. Na deze ziekmelding ontvangt de werkgever meerdere keren meldingen dat werknemer ergens anders werkzaamheden zou verrichten. De eerste melding, in december 2023, leidt tot een gesprek tussen werkgever en werknemer waarin werknemer ontkent werkzaamheden voor anderen te verrichten.

 

Een tijdje later, in februari 2023, ontvangt werkgever weer meldingen waarin wordt gesteld dat werknemer ergens anders werkzaamheden verricht. Hij zou rondrijden met een vrachtwagen van een bepaald bedrijf en hij zou met eigen materialen werkzaamheden verrichten bij anderen. Werkgever knoopt wederom een gesprek aan met werknemer waarin werknemer op een aantal dingen wordt gewezen. Werkgever benadrukt dat werknemer volgens het verzuimreglement geen werkzaamheden mag verrichten die niet in het kader van de re-integratie afspraken zijn afgesproken. Dit geldt voor zowel betaalde als onbetaalde werkzaamheden.

 

In september 2023 is het weer raak en ontvangt werkgever dezelfde meldingen, waarna werkgever de bedrijfsrecherche inschakelt. In het concept-rapport van de bedrijfsrecherche kwam duidelijk naar voren dat werknemer werkzaam was voor een andere onderneming. Vervolgens vindt een gesprek plaats tussen werkgever en werknemer waarin werknemer bevestigt deze werkzaamheden te hebben verricht. Werkgever ontslaat werknemer op staande voet.

 

Werknemer is echter van mening dat het ontslag op staande voet onterecht is en verzoekt tot vernietiging van het ontslag op staande voet.

 

Oordeel rechtbank

De kantonrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet terecht is gegeven en wijst het verzoek tot vernietiging af. Er was sprake van een dringende reden. De werknemer heeft zelf toegegeven dat hij werkzaamheden voor een andere onderneming heeft verricht, werkgever had werknemer voorzien van een waarschuwing en werknemer heeft zijn re-integratieverplichtingen geschonden. Werknemer voerde nog aan dat werkgever onvoldoende belang heeft bij het ontslag op staande voet, maar dit wordt niet gevolgd door de kantonrechter. Werknemer heeft het vertrouwen van werkgever dermate beschadigd dat werkgever wel voldoende belang heeft bij het instandhouden van het  ontslag op staande voet. De kantonrechter wijst tevens het verzoek om transitievergoeding af. Er waren namelijk twee waarschuwingen aan werknemer gegeven, maar werknemer heeft aan beide geen gehoor gegeven. Bovendien heeft werknemer bewust de regels van werkgever overtreden. De kantonrechter oordeelt dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen, waardoor recht op transitievergoeding vervalt .

 

Klik hier voor de volledige uitspraak.

 

Heeft u vragen over het ontslag op staande voet? Neem gerust contact op met onze arbeidsrechtadvocaten.

 

Martina Benard
benard@sorensenadvocaten.nl