Werknemer ontslagen wegens weigering dragen mondkapje

coronavirus g29b643bec 1280

Werknemer ontslagen wegens weigering dragen mondkapje

De werknemer die stelselmatig weigerde om een mondkapje te dragen tijdens zijn werkzaamheden, handelde (ernstig) verwijtbaar. De arbeidsovereenkomst werd per direct ontbonden, zonder toekenning van een transitievergoeding.

Feiten
De werknemer werkte sinds 24 november 2015 bij Asito Transport Aircraft Services B.V. als medewerker transportmiddel I. Asito houdt zich bezig met het reinigen van vliegtuigen op de luchthaven Schiphol. Schiphol hanteert een strenge mondkapjesplicht in alle ruimten op de luchthaven en in de vliegtuigen wegens de uitbraak van het Coronavirus. Dit is schriftelijk kenbaar gemaakt aan alle werknemers van Asito op 17 september 2020.

De werknemer heeft op vier dagen tijdens werkzaamheden geweigerd om een mondkapje te dragen. Asito heeft diverse gesprekken gevoerd met de werknemer en hem telkens gewezen op het belang van het dragen van een mondkapje en de gevolgen die dit kan hebben voor zijn arbeidsovereenkomst indien hij weigert een mondkapje te dragen. Op 2 augustus 2021 heeft Asito per brief de werknemer op non-actief gesteld wegens weigeren van het dragen van een mondkapje en de loonbetaling stopgezet. Asito heeft vervolgens verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden wegens (ernstig) verwijtbaar handelen van de werknemer. Bovendien heeft Asito verzocht de arbeidsovereenkomst zo snel mogelijk te ontbinden zonder toekenning van een transitievergoeding, wegens het ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer nu deze ondanks alle gesprekken en waarschuwingen heeft geweigerd om een mondkapje te dragen.

Oordeel
De kantonrechter overwoog dat de arbeidsovereenkomst alleen kan worden ontbonden als hiervoor een redelijke grond bestaat. In deze zaak leverde het verwijtbaar handelen van de werknemer een redelijke grond voor ontbinding op. Asito heeft als werkgever immers de bevoegdheid om instructies te geven voor het verrichten van de arbeid en de werknemer is verplicht deze op te volgen. Dit volgt uit artikel 7:660 BW. Het stond Asito dus vrij om werknemers te verplichten een mondkapje te dragen, in lijn met de richtlijnen van Schiphol. Van belang was dat in een werkomgeving als deze, meer dan gemiddeld strikte regels gelden en iedereen zich daaraan dient te houden.

De werknemer heeft meermaals geweigerd om een mondkapje te dragen tijdens de werkzaamheden met als gevolg dat hij zijn werkzaamheden niet kon uitvoeren. Asito had de werknemer hier herhaaldelijk op gewezen en had hem gewaarschuwd voor de gevolgen die de weigering voor zijn dienstverband kon hebben. Desondanks heeft de werknemer geweigerd te voldoen aan de instructies van Asito. De kantonrechter oordeelde dat sprake was van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer, waardoor hij geen recht had op de transitievergoeding. Enkel het weigeren van het dragen van een mondkapje haalt de grond van ernstig verwijtbaar handelen niet, maar nu de werknemer dit meerdere keren heeft geweigerd, zijn houding ertoe leidde dat het werk van zijn collega’s ook werd belemmerd en het belang van de organisatie groot was bij het dragen van een mondkapje, maakte dit geheel aan feiten dat sprake was van ernstig verwijtbaar handelen.

Voor de volledige uitspraak, klik hier.

Vragen over het bovenstaande?

Neem dan contact op met één van de arbeidsrechtadvocaten van Sørensen Advocaten. Bel: 010-2492444

 

Yvonne Sørensen
sorensen@sorensenadvocaten.nl