17 sep Prinsjesdag 2025 – Belangrijkste wijzigingen voor werkgevers
Gisteren presenteerde de Koning het regeringsbeleid voor het komende jaar. Het demissionaire kabinet deed voorstellen voor nieuwe arbeidsrechtelijke maatregelen. In dit artikel zetten wij alvast een overzicht van de belangrijkste arbeidsrechtelijke wetsvoorstellen op een rij.
Auto van de zaak en CO2-heffing
In het Belastingplan 2026 stelt het demissionair kabinet voor om per 1 januari 2027 een pseudo-eindheffing van 12% in te voeren op auto’s van de zaak die CO2 uitstoten. Deze heffing komt voor rekening van de werkgever en geldt voor auto’s die niet uitsluitend zakelijk worden gebruikt – waarbij woon-werkverkeer voortaan ook als privégebruik telt. Voor bestaande auto’s geldt overgangsrecht tot 17 september 2030. Tegelijkertijd verdwijnt per 2026 de korting op de bijtelling voor elektrische auto’s: ook daar geldt dan het standaardtarief van 22%.
Versoepeling pseudo-eindheffing RVU verlengd tot en met 2028
Het demissionair kabinet verlengt de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) tot en met 2028. Daarmee kunnen werknemers die door de zwaarte van hun werk niet kunnen doorwerken tot de AOW-leeftijd, eerder stoppen met werken. De drempelvrijstelling – het bedrag waarover geen pseudo-eindheffing verschuldigd is – wordt vanaf 2026 met EUR 300,– per maand verhoogd en jaarlijks geïndexeerd op basis van het minimumloon. Ter dekking van deze verruiming loopt het tarief van de RVU-heffing geleidelijk op: van 57.7% in 2026 naar 65% in 2028.
Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties
Het demissionair werkt door aan het Wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties (VBAR), die de wet DBA moet vervangen. Deze wet moet zorgen voor meer helderheid over de vraag wanneer iemand als zelfstandige kan werken en wanneer sprake is van een dienstbetrekking.
Verkorting duur WW-uitkering uitgesteld tot 2028
De geplande verkorting van de maximale duur van de WW-uitkering van 24 naar 18 maanden gaat een jaar later in. Oorspronkelijk zou de maatregel per 1 januari 2027 ingaan, maar het UWV gaf aan dat deze datum niet haalbaar is. Daarom is de invoering uitgesteld tot 1 januari 2028.
Loonontwikkeling in 2026
Het Centraal Planbureau (CPB) verwacht dat de cao-lonen in 2026 minder hard stijgen dan de afgelopen jaren. Waar de groei in 2025 nog 5% bedraagt, ligt de verwachting voor 2026 op 4,2%. Daarmee blijft de loongroei wel boven de inflatie. Vakbonden pleiten voor sterkere loonstijgingen, maar werkgevers zijn kritisch gezien de fragiele economische groei en oplopende overheidsuitgaven.
Sociale premies 2026
Uit de begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid blijkt dat de meeste werkgeverspremies in 2026 gelijk blijven. De premie voor Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) daalt licht: het lage tarief met 0,02 procentpunt en het hoge tarief met 0,03 procentpunt. Daartegenover stijgt de premie voor de Werkhervattingskas (Whk) met 0,2 procentpunt naar 1,52%. De overige premies blijven ongewijzigd. Het ministerie van SZW stelt de definitieve percentages op een later moment vast.
Arbeidskorting stijgt opnieuw licht in 2026
Uit het Belastingplan 2026 blijkt dat de arbeidskorting opnieuw stijgt. Het maximum gaat van EUR 5.999,– in 2025 naar EUR 5.712,– in 2026, waardoor werken financieel aantrekkelijker wordt en de belastingdruk op arbeid daalt. Ook andere heffingskortingen gaan omhoog: de algemene heffingskorting stijgt licht van EUR 3.068,– naar EUR 3.115,– en de inkomensafhankelijke combinatiekorting van EUR 2.986,– naar EUR 3.032,–.
Wijzigingen minimumloon
Op Prinsjesdag 2025 zijn verschillende wijzigingen rond het minimumloon aangekondigd. Zo stijgt per 1 januari 2027 het minimumjeugdloon fors: voor 20-jarigen naar 87,5% van het wettelijk minimumloon en voor 19-jarigen naar 75%, met vergelijkbare verhogingen voor jongere leeftijden. Ook wordt de bbl-loonstaffel afgeschaft, waardoor mbo-studenten in de beroepsbegeleidende leerweg recht krijgen op het volledige minimumjeugdloon. Daarnaast wordt het maximale percentage dat werkgever voor huisvestingskosten mogen inhouden vanaf 2026 jaarlijks met 5% verlaagd. Tegelijk blijkt dat werknemers op het minimumloon in 2026 netto juist iets achteruitgaan: afhankelijk van de werkweek daalt het inkomen met enkele euro’s per maand.
Werkgeversheffing ZVW daalt per 2026
Voor 2026 dalen zowel de werkgeversheffing als de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet (Zvw). De werkgeversheffing gaat omlaag van 6,51% naar 6,07% en de bijdrage die werknemers of uitkeringsgerechtigden betalen daalt van 5,26% naar 4,85%. Het maximumbijdrageloon stijgt tegelijkertijd van EUR 75.860,– naar EUR 79.412,–. Daarmee wordt de Zvw in 2026 goedkoper voor werkgevers en werknemers.
Kabinet schrapt rapportageplicht voor mobiliteit voor mkb
Op Prinsjesdag 2025 is bekendgemaakt dat de rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit (WPM) voor het mkb komt te vervallen. Alleen organisaties met 250 of meer werknemers moeten straks jaarlijks rapporteren over woon-werkverkeer en zakelijke kilometers. Het schrappen van de rapportageverplichting is de eerste maatregel binnen het kabinetsplan om vóór de zomer van 2026 de regeldruk van 500 regels te verminderen. Voor veel kleinere ondernemingen betekent dit een aanzienlijke verlichting van de administratieve lasten.
Op de overige arbeidsrechtelijke maatregelen naar aanleiding van Prinsjesdag 2025 zullen wij in een later stadium nader ingaan. Benieuwd wat de nieuwste ontwikkelingen voor u betekenen?
Neem dan vrijblijvend contact op met één van de arbeidsrechtadvocaten van Sørensen Advocaten. Bel: 010-2492444.
